Centraal in dit blok staat de reflectie op de relatie tussen de student in
de rol van persoon en in de rol van professional. De student leert in te
zien dat hij zijn persoonlijke en professionele rol van elkaar kan scheiden. Zo
leert hij ervaren dat kritiek op zijn professionele rol geen kritiek is op zijn
persoon. Tegelijkertijd leert hij hoe hij zijn persoonlijke kwaliteiten kan
transformeren naar professionele kwaliteiten.
Verder leert de student (als stakeholder) hoe hij zijn eigen belang (stake)
ten aanzien van zijn professionele ontwikkeling kan inbrengen en borgen in het
groepsbelang en het belang van anderen (teamgenoten, opdrachtgever, docenten).
Daartoe moet hij onderhandelen en conflicten oplossen.
Uiteindelijk is de student in staat te beoordelen hoe hij een balans kan
realiseren tussen zijn persoonlijke doelen en de doelen van anderen. Hij is in
staat te reflecteren op het persoonlijk resultaat dat hij in een project heeft
behaald.
De student kan:
-
Zijn persoonlijke belang bepalen ten aanzien van zijn
professionele ontwikkeling
-
zijn belang aan anderen duidelijk maken
-
de belangen van anderen achterhalen en begrijpen
-
zijn eigen persoonlijke belang vertalen naar een
professioneel doel of taak in het project
-
met anderen onderhandelen over een groepsdoelstelling
waarin zijn ieders belang zo goed mogelijk wordt behartigd
-
als professional kritiek geven en ontvangen
-
professionele kritiek vertalen naar persoonlijke doelen
|
Onderwerp
|
Inhoud
|
Huiswerk voor volgende les
|
01 |
Introductie 0-meting |
Introductie
programma, Teams
samenstellen, Huiswerk
opgeven: hoe zie jij jezelf? Welke rol past jou? Roos van Leary. |
A) Wat wil jij
persoonlijk uit dit project halen? Persoonlijk belang (stake) B) Welke Bekende
Nederlander / Famous Personality vertolkt een rol die bij jou past? Waar zit
hem dat in? |
02 |
Luisteren |
Empatisch
luisteren. Leef je in in de ander. Luisteren = niet praten en niet oordelen. |
Onderhandeling
voorbereiden; hoe verhoudt jou belang zich tot dat van anderen? Wat ben je
bereid toe te geven? Wat wil je absoluut behouden? |
03 |
Onderhandelen |
Onderhandelen;
gezamelijk doelen stellen (Welke
sterktes.zwaktes heeft het team in huis) VIDEOREGISTRATIE |
Team debriefing van
gezamenlijk onderhandelingsresultaat. |
04 |
PROJECT Conceptpresentatie |
Project
centraal, conceptpresentaties + feedback VIDEOREGISTRATIE |
Wat vind je van
feedback. Wat kan je er professioneel en persoonlijk mee? |
05 |
Omgaan met
kritiek |
Omgaan met
kritiek en tegenslag |
Debriefing over
hoe je feedback verwerkt voor je eigen ontwikkeling |
06 |
Conflichthantering |
Diversiteit,
conflicthantering |
Evalueer in
welke mate persoonlijk belang en groepsbelang wordt behartigd |
07 |
PROJECT |
VIDEOREGISTRATIE |
|
08 |
Reflectie 1-meting |
Reflectie, evaluatie/feedback project |
|
09 |
Vakbeoordeling |
|
|
10 |
Projectbeoordeling |
|
|
-
absentie
-
huiswerkopdrachten
-
reflectieverslag (o.m. ontwikkeling tussen 0- en 1-meting)
Lesonderwerpen en doorloop:
Pauze 10
minuten
De student:
-
heeft kennis
van het verschil tussen persoonlijke rol en een professionele rol
-
kent zijn
persoonlijk rol/stijl volgens de Roos van Leary
-
ervaart hoe
hij een andere rol kan spelen
-
kan
observeren welke rol anderen spelen
-
begrijp hoe
rollen kunnen conflicteren
Onderdeel 1: Zie
Powerpointpresentatie
Onderdeel 2: Zie
Powerpointpresentatie
Onderdeel 3: Deel mee wie in
welke groep zit
Onderdeel 4: Groepsrollen, de
Roos van Leary
Leerdoelen
De student kan:
- de roos van Leary hanteren
- eigen functioneren in een groep herkennen
- eigen functioneren in een groep beschrijven
- in een rollenspel een boven-,
onder-,tegen-,samenpositie in een subgroep laten zien.
- oefenen:
de
roos van Leary; in groepjes van vier studenten neemt ieder een voor de anderen
onbekende rol op zich
- huiswerkopdracht
voor de volgende les
Opdracht indvidiueel per student
In welke rol van Leary voel ik mij
het meeste thuis ? beargumenteer je antwoord
In welke rollen van Leary voel ik me
allerminst thuis? beargumenteer je antwoord
Met welke rol van Leary die een
ander vervult, heb je veel moeite? Denk aan de samenwerking in subgroepen. Welke rol van Leary zou je
daartegenover moeten stellen om de moeite op te heffen?
Neem een subgroep waar je in zit in gedachten; verdeel over de personen
de rollen van Leary. Welke opmerkingen kun je nu plaatsen ten aanzien van het
groepsproces en de ontwikkeling daarvan?
Opdracht in groepen
Maak groepen van 4
1. Het verdelen van de rollen uit de
roos van Leary, dus bijvoorbeeld student A neemt Boven Samen, student B neemt
Tegen Onder, student C neemt Boven Tegen en student D neemt Onder Samen. Neem
een rol waar je minder of geen ervaring hebt. Leef je in in de volgende
situatie:
A. Jullie zijn vrienden van elkaar
en zijn op dit moment bezig te bekijken hoe jullie met elkaar de avond gaan
doorbrengen. Mogelijkheden zijn TV kijken, naar de
film gaan, uitgaan enz, enz. Gebruik je fantasie erbij.
Afhankelijk van je rol neem je het
voortouw, een afwachtende, een kritische enz rol, zie de roos van Leary voor
de beschrijving van de rol.
2. Het bovenstaande herhaalt zich:
weer het verdelen van de rollen, nu een andere rol nemen dan in situatie A.
Leef je in in de volgende situatie:
B. Jullie
zijn collega's van elkaar, het bedrijf waar jullie werken is net verhuisd en
jullie bepalen met elkaar wie bij wie op de kamer komt en op welke kamer. Kamer a is klein, wel zonnig maar twee bureau's passen er amper in. Kamer B is aanzienlijk ruimer kijkt
uit op een binnenmuur en ligt op het noorden.
Zelf test Leary
Engels:
http://www.testjegedrag.nl/tjg/zelftest/engels/index.htm
Nederlands:
http://www.testjegedrag.nl/tjg/zelftest/zelftest.htm
De "Roos van Leary"-test
Leary heeft in 1957 een model
ontworpen waarmee relaties tussen mensen in kaart gebracht kunnen worden: de
zogenaamde "Roos van Leary". Dit model kan behulpzaam zijn voor het
verkrijgen van meer zicht op het betrekkingsniveau.
Uit veel onderzoeken in de sociale
wetenschappen naar menselijke relaties komen telkens twee hoofddimensies naar
voren:
1. een dimensie rond controle,
invloed en dominantie;
2. een dimensie rond intimiteit
en affectie.
Dat wil zeggen, wanneer mensen
met elkaar omgaan, speelt er enerzijds steeds iets van macht en invloed of het
ontbreken daarvan en anderzijds iets van persoonlijke afstand of nabijheid.
De eerste dimensie betreft de
mate waarin mensen invloed op elkaar uitoefenen. Aan het ene uiterste van deze
dimensie vinden we "veel invloed" (macht, overheersing, dominantie en
dergelijke), aan het andere uiterste "weinig invloed" (volgzaamheid,
onderwerping en dergelijke). De invloedsverdeling tussen gesprekspartners kan
dan ook verschillende vormen aannnemen. Wanneer de invloedsverdeling gelijk is,
spreken we van een symmetrische relatie. Wanneer ze ongelijk is van een
complementaire relatie.
De tweede dimensie betreft de
vraag naar hoe persoonlijk of afstandelijk de betrokkenen met elkaar omgaan. Op
deze dimensie gaat het meer om vragen van samenwerking of tegenwerking,
sympathie of antipathie, affectie of afwijzing en alle varianten hiertussen.
Aan het ene uiterste van de samenwerkingskant plaatsen we coöperatieve
gedragingen als ondersteunen, helpen en assisteren; aan het andere uiterste
allerlei gedragingen die juist afstand scheppen en tegenwerking impliceren.
Gaat de eerstgenoemde dimensie
over de thematiek "boven of onder", de tweede dimensie gaat over
"dichtbij of veraf" ofwel "samen of tegen". Leary heeft
zijn model gebaseerd op deze twee dimensies: de "boven-onder"
dimensie tekent hij verticaal, de "tegen-samen" dimensie horizontaal.
(Zie figuur a). Met dit model kunnen we symmetrische en complementaire
interacties beter aangeven. In principe zijn heel wat symmetrische en
complementaire interacties denkbaar. Telkens wanneer gedrag uit een bepaalde
sector, zeg leidend gedrag of agressief gedrag, beantwoord wordt met
gelijksoortig gedrag, dus met eveneens leidend of agressief gedrag, is dit een
symmetrische interactie. Telkens wanneer gedrag uit een bepaalde sector,
bijvoorbeeld weer leidend of agressief gedrag, beantwoord wordt met gedrag uit
de tegenoverliggende sector in de andere cirkelhelft, dus met afhankelijk of
met opstandig gedrag, is dit een complementaire interactie. Op grond hiervan
zijn de complementaire interacties uit figuur b mogelijk.
Uit onderzoek is gebleken dat de
volgende complementaire patronen veruit het meest voorkomen in groepen:
- leidend-afhankelijk, en
omgekeerd: afhankelijk-leidend;
- helpend-meewerkend, en
omgekeerd: meewerkend-helpend;
- competitief-agressief, en
omgekeerd: agressief-competitief.
Wat bertreft symmetrie komen de
volgende patronen in groepen het meest voor:
- meewerkend-meewerkend
("samen"-"samen");
- afhankelijk-afhankelijk
("samen"-"samen");
- agressief-agressief
("tegen"-"tegen");
- competitief-competitief
("tegen"-"tegen").
Met andere woorden:
"samen"-gedrag van de één wordt meestal beantwoord met
"samen"-gedrag van de ander. "Tegen"-gedrag van de één roept
meestal nieuw "tegen"-gedrag op.
Samenvatting
Hieronder staat een samenvattend
overzicht van de acht sectoren in de Leary-roos door per sector het
betrekkingsniveau samen te vatten.
1. De sector Boven-Samen (BS).
zelfdefinitie: ik ben sterker,
beter dan jij; Ik overzie "het"
definitie van de ander: jij bent
zwak en hulpbehoevend
relatiedefinitie: jij moet naar
mij luisteren
2. De sector Boven-Tegen (BT).
zelfdefinitie: ik ben beter dan
wie ook, ik vertrouw alleen op mezelf
definitie van de ander: jij bent
vijandig en zwak
relatiedefinitie: kijk naar mij
en voel je minderwaardig
3. De sector Tegen-Boven (TB).
zelfdefinitie: ik ben kwaad,
bedreigend
definitie van de ander: jij bent
vijandig en machteloos
relatiedefinitie: wees bang voor
mij
4. De sector Tegen-Onder (TO).
zelfdefinitie: ik ben anders dan
anderen, ik heb niemand nodig
definitie van de ander: jij bent
onbetrouwbaar, jij mag mij niet
relatiedefinitie: verwerp me,
haat me maar
5. De sector Onder-Tegen (OT).
zelfdefinitie: ik doe alles
verkeerd, het is mijn eigen schuld
definitie van de ander: jij bent
bedreigend
relatiedefinitie bemoei je maar
niet met mij
6. De sector Onder-Samen (OS).
zelfdefinitie: ik ben zwak en
gewillig, ik heb hulp nodig
definitie van de ander: jij bent
steviger dan ik
relatiedefinitie: jij moet mij
helpen en leiding geven
7. De sector Samen-Onder (SO).
zelfdefinitie: ik ben
vriendelijk, aardig en meegaand
definitie van de ander: jij bent
ook vriendelijk en aardig
relatiedefinitie: zeg maar wat
je wilt; ik ben tot alles bereid
8. De sector Samen-Boven (SB).
zelfdefinitie: ik ben
evenwichtig, betrouwbaar en sympathiek
definitie van de ander: jij bent
ook evenwichtig en sympathiek
relatiedefinitie: wij mogen
elkaar graag
Bovenstaande teskt is afkomstig
van: http://www.testjegedrag.nl
Bron: J. Remmerswaal,
Handboek groepsdynamica,
Soest, Uitg. Nelissen, 2001 (5e
druk)
Gemaakt door: Gert van Oel